Op een zondagavond, de 12e mei van het jaar 1912, raasde een windhoos met ongekende kracht over een deel van de parochie. Al vanaf de vooravond kon men in de verte het gerommel van de donder horen, gevolgd door flitsen van bliksem, maar niets wees op iets buitengewoons. Plotseling verscheen er in het westen een zwarte wolk, eronder kleurde de lucht roodachtig geel aan de horizon.

De wind nam toe en binnen enkele ogenblikken zag men stofwolken over de weg razen, bijna alsof de wolken de grond raakten. Het geluid van de wind vermengde zich met het geknetter van kiezelstenen en enkele zware regendruppels tegen de ramen, en toen was de verwoesting compleet. Het duurde slechts enkele minuten.

De kerktorenspits was op het dak van de kerk gevallen, waardoor het dak tot aan het koor vernield was. Balken en zware houten blokken waren door het gewelf gezakt en hadden verschillende stoelen verpulverd. Gelukkig waren er op dat moment geen mensen in de kerk. Ook de daken en gewelven van de zijbeuken hadden zware schade opgelopen. De kerk zag eruit als een ruïne; rondom lagen balken, planken en andere delen van de hoge kerktorenspits, zelfs tot op honderd meter afstand.

De daken van de huizen hadden ook flink geleden; overal waren stukken afgerukt en schoorstenen gedeeltelijk of volledig vernield. De pastorie was gelukkig ongedeerd gebleven, slechts enkele pannen waren weggeblazen.

Vooral het Dorpsplein, de Zavel, het gehucht Gelieren (Neerzij), en de omgeving langs de steenweg naar Bockrijck, en de Slagmolen hadden het zwaar te verduren gehad. Talloze oude bomen, eiken, beuken en lindebomen waren ontworteld of ernstig beschadigd. In sommige dennenbossen had de storm ook grote schade aangericht.

Het hoge eikenhouten kruis, door pastoor Raeymaeckers op de berg aan de zuidkant buiten het dorp geplaatst, was ook omvergeworpen en vernield.

Pastoor Reijnaerts, op weg naar zijn huis achter de kerk, was net bij de kerk toen de orkaan plotseling losbarstte. Hij had net genoeg tijd om over de muur te klimmen om zijn hoed op te rapen die over de muur van het oude kerkhof was gevlogen. Op hetzelfde moment zag hij de kerktorenspits omhoog schieten en op de kerk neerkomen. Geschrokken liet hij zich achter de muur vallen en werd zo beschermd tegen vallende balken, zware bouten en planken die het gebied rond de kerk tot aan de deur van de pastorie bedekten.

Ondanks de grote ramp die ons trof, kunnen we God niet genoeg danken dat Hij ons gespaard heeft voor persoonlijk leed.

(Volgens het manuscript van E. H. J.C. Willems, pastoor te Genck)

kerk10cm.jpg
 

 

 

 

 
We use cookies

Wij gebruiken cookies op onze web site. Sommigen zijn essentieel voor het correct functioneren van de site, terwijl anderen ons helpen om de site en gebruikerservaring te verbeteren (tracking cookies). U kan zelf kiezen of u deze cookies wil toestaan of niet. Let op dat als u onze cookies weigert mogelijk niet alle functies van de site beschikbaar zijn.